Gelijkheid en rechtvaardigheid zijn de basis voor een stabiele samenleving

Het geweld dat we in de internationale arena zien, is het gevolg van het verlies van menselijk gevoel en het verstoren van menselijke waarden. Culturele diversiteit, recht op leven en menselijke waardigheid vallen onder de basale normen en waarden van een samenleving, waarbij geen onderscheid gemaakt moet worden tussen personen of groepen. De edele Koran benadrukt het beginsel van menselijke waardigheid als volgt: ﴾ Wij hebben de kinderen van Adam geëerd en Wij hebben hen op het vasteland en de zee gedragen en Wij hebben hen met goede dingen in hun onderhoud voorzien en Wij hebben hen duidelijk verkozen boven velen van hen die Wij hebben geschapen﴿ 17/70. De Abrahamitische religies zijn het unaniem eens over een scala van menselijke waarden. De belangrijkste daarvan is het beschermen van het menselijk leven en het tot een ondoordringbaar kasteel maken. De islam beschouwt het beschermen van het leven als een van zijn belangrijkste doelstellingen. Hij beschouwt de aanslag op het menselijk leven als een van de grootste zonden en de grootste bedreiging voor de stabiliteit van de samenleving. De heiligheid van het menselijk leven wordt duidelijk in het volgende Koranvers benadrukt. Allah s.w.t. zegt:﴾ Derhalve hebben Wij aan de Israëlieten voorgeschreven dat wie iemand doodt, anders dan voor doodslag of wegens verderf zaaien op de aarde, is alsof hij de mensen gezamenlijk heeft gedood en dat wie iemand laat leven is alsof hij de mensen gezamenlijk heeft laten leven ﴿5/32. De grondbeginselen van de islamitische normen en waarden uiten zich in een goede relatie tussen mensen onderling en respect voor religieuze, culturele en etnische verscheidenheiden. De principes van ons geloof, zoals die aan ons werden overgeleverd door de vorige generaties zowel mondeling als in geschrift, streven naar een vreedzame co-existentie en naar dialoog tussen de beschavingen. De islamitische principes verwerpen niet de beschaafde vorm van de integratie van moslims met anderen; op voorwaarde dat zij hun islamitische identiteit en religieuze beleving kunnen behouden. Dit blijkt duidelijk uit het document van Medina, waarin de institutionele verhoudingen tussen de profeet v.z.m.h. en niet-moslims beschreven staan.

Rechtvaardigheid, vrijheid en co-existentie zijn basisbeginselen in de Islam

De islamitische principes verbieden ons niet om samen te werken met andersdenkenden. Diversiteit is noodzakelijk en wordt zowel door de islam als door mensen met een gezond verstand onderkend. De principes van de beschaafde mens vragen van ons: acceptatie van diversiteit en verschillende opvattingen; zij verbieden ons om met twee maten te meten. Vanaf de eerste eeuwen van de islam hebben de moslims met verschillende wetscholen en geloofsovertuigingen geleefd. De ongelijkheid tussen burgers symboliseert de complexe uitdagingen voor de toekomst van de mensheid. Daardoor proberen sommige opportunisten een cultuur van haat onder de mensen te verspreiden. Dit staat in tegenstelling tot de islam, die rechtvaardigheid, vrijheid van godsdienst en gelijkheid tussen de mensen wil bevorderen. In verschillende Hadieths bevestigt de profeet v.z.m.h. deze humanitaire betekenissen. Hij v.z.m.h. zei: «O mensen! Jullie Heer is Eén en jullie vader is één. Een Arabier is niet beter dan een niet-Arabier en een niet-Arabier is niet beter dan een Arabier. Een blanke is niet beter dan een donkere en een donkere is niet beter dan een blanke, behalve door vroomheid» Ahmed. In de schaduw van gelijkheid kunnen mensen leven in veiligheid en stabiliteit, zonder enig conflict en haat. Religies kunnen verschillen in rituelen en de wijze waarop die worden verricht; maar zij verschillen niet wat betreft de waarden van gelijkheid en rechtvaardigheid, want die zijn de basiswaarden voor een stabiele samenleving. Allah s.w.t. zegt: ﴾O mensen, Wij hebben jullie uit een man en een vrouw geschapen en Wij hebben jullie tot volkeren en stammen gemaakt opdat jullie elkaar zouden leren kennen. De voortreffelijkste van jullie is bij Allah de Allahvrezende. Allah is wetend en welingelicht﴿ 49/13. De politieke arena wordt vandaag de dag helaas voortdurend beheerst door uitsluiting van burgers op grond van hun religieuze, culturele en sociale verbanden. Burgerschap zouden alle vormen van uitsluiting moeten weigeren. Veel mensen proberen hun gedrag en politieke standpunten ten opzichte van andersdenkenden te rechtvaardigen. Ons geloof verwerpt volledig alle vormen van uitsluiting. Qoreish was bezorgd over de vrouw al-makhzoemiya die tot een hogere sociale klasse behoorde. Zij pleegde diefstal. Qoreish zeiden: wie gaat er naar de profeet om voor haar te bemiddelen? Sommigen zeiden: Osama ben Zeid is geliefd bij de profeet. Osama vroeg de profeet v.z.m.h. de vrouw vrij te spreken. De profeet v.z.m.h. antwoordde hem: «Wil je ten aanzien van een straf bemiddelen die voorgeschreven is door Allah? Toen stond hij op, vervolgens zei hij: mensen die voor jullie leefden zijn ten onder gegaan, omdat zij wanneer iemand van hogere klassen diefstal pleegde, hem lieten gaan (zonder straf). Maar wanneer iemand van een lagere klasse diefstal pleegde, legden ze hem de voorgeschreven straf op. Waymo-llah! (ik zweer bij Allah) als Fatima de dochter van Mohammed stal, zal ik haar hand laten afhakken» Bochari.

Ieder mens is als een vrij wezen geboren en dient zo behandeld te worden

«Waarom behandel je mensen als slaven terwijl hun moeders hen als vrije mensen hebben gebaard?» Dit citaat is van sayyidona Omar -moge Allah tevreden over hem zijn- ter ondersteuning van de onderdrukte Kopt door de zoon van de Egyptische amier, Amr ibn al-‘aas. We kunnen hieruit concluderen dat Omar ibn Al-khataab groot respect toonde voor de waardigheid van de mens. Sayyidona Omar –moge Allah tevreden over hem zijn- heeft deze verheven blik op de mens, moslim en niet moslim, blanke of zwarte, geleerd uit de Koran en van de barmhartige sayyidona Mohammed –vrede zij met hem -. De vrijheid van de mens , een van de fundamenten van het islamitische denken, is noodzakelijk voor werkelijke beschaving . Helaas worden moslims van hun vrijheid beroofd en leven zij onder het juk van onderdrukking en vernedering. Ondanks dit alles leert ons geloof ons om mensen fatsoenlijk te behandelen. Allah zegt:﴾ Spreekt tot de mensen ten goede ﴿ 2/83. Het woord heeft altijd een betekenis en een waarde in de omgang met mensen. Wanneer zij hun mening uiten dan onthullen zij hun gedachten en gedrag. De islam en het gezond verstand leren ons de gemoederen tot bedaren te brengen en daarvoor dienen we de juiste middelen (dialoog en onderwijs) in te zetten. De islam spoort ons dan ook aan om mensen naar een gelukkig leven te leiden, zowel op deze aarde als in het Hiernamaals. De moslim dient het goede voorbeeld te geven, als het om mededogen en genegenheid gaat. Maar hij geeft zeker geen goed voorbeeld wanneer het gaat om moord en vernietiging van beschaving, zoals sommigen in de naam van de islam plegen te doen. Sayyidona Rasoeli-llahi v.z.m.h. zei: «Weest niet als jaknikkers, die zeggen: als mensen goed doen, dan zullen wij ook goed doen en als zij onrecht doen, dan zullen wij dat ook doen. Maar weest vastberaden en standvastig, wanneer zij goed doen, dan moet u ook goed doen en wanneer zij kwaad doen, dan moet u geen onrecht doen» Termithi.

Foto van Ehimetalor Akhere Unuabona

Gerelateerde artikelen

Nieuwsbrief

Op de hoogte blijven van mijn laatste artikelen? Meld je hier aan voor mijn maandelijkse nieuwsbrief